Giftig papier
Begin augustus 1876 kreeg een papierproducent uit Wenen bezoek van de plaatselijke gezondheidsraad. Die had vastgesteld dat in de deelstaat Stiermarken een jongetje ernstig ziek was geworden nadat het een kaartje had gekregen wegens zijn goede gedrag op school, en daaraan had geknabbeld. In het papier bleek arsenicum te zijn verwerkt. De fabrikant antwoordde laconiek: ‘Ik maak geen papier om erop te knabbelen.’
Ik heb ooit op een boekenbeurs een ‘book-alike’ gekocht die geheel vervaardigd was uit snoeppapier, maar verder kan ik me niet herinneren dat ik ooit papier heb geproefd. De Provinciale Drentsche en Asser courant schrijft over de Weense kwestie echter dat kinderen dat ‘wel meer doen’. En inderdaad. In krantenbank Delpher vond ik onder andere een bericht (1862) over de dood van vier kinderen in Londen. De arts stelde vast dat de slaapkamer van de kinderen ‘met groen papier beplakt’ was, en dat ze dit ‘van den wand hadden gekrabd en afgelikt, dat het papier sterk met arsenicum was bezet.’ Andere berichten zijn waarschijnlijker. Het in het behangpapier verwerkte rattenkruid vervalt tot stofdeeltjes die in slecht geventileerde kamers worden ingeademd. In 1880 roept een Amsterdams Bureau voor Chemisch Onderzoek op om deze ‘gevaarlijken vijand van de gezondheid uit huis te verwijderen’.
In 1874 besloot Robert M. Kedzie, chemicus aan de universiteit van Michigan, deze industriële misstand aan de kaak te stellen. Hij stelt een boek van groot formaat samen (50x75 cm staand) waarin bijna honderd ‘pagina’s’ behangstalen gebonden zijn, allemaal met een hoog arseengehalte. Hij noemt het Shadows from the Walls of Death, wat me een verwijzing lijkt naar Psalm 23. De oplage bedroeg honderd exemplaren, en Kedzie stuurde die gratis aan de belangrijkste bibliotheken in de VS.
Of het geholpen heeft? In Wenen en Amsterdam blijkbaar niet. In ieder geval heeft het ook Kedzies boek níet geholpen. Van die honderd zijn er momenteel nog maar vier bekend extant. De 96 andere werden vernietigd. Door de bibliothecarissen. Uit voorzorg. Want bladeren in dit boek kon dodelijk zijn. De universiteitsbibliotheek van Michigan heeft uiteraard wel een exemplaar bewaard. Elke pagina ligt onder een plastic enveloppe. Je kunt er onmogelijk aan knabbelen.
Ed Schilders
Dit artikel verscheen oorspronkelijk in het tweewekelijks tijdschrift Argus van 2 april 2021.
Behangstaal uit het boek van Kedzie.