Sinte Augustine

Híj is anoniem, zíj heet Augustine. Híj wordt omschreven als een ‘hartstochtelijk liefhebber van zeldzame boeken’, en Augustine als zijn ‘dienstmaagd’.  In die functie draagt zij zorg voor de woning en het huishouden, inclusief de huisbibliotheek. Zo wordt de rolverdeling omschreven in twee Nederlandse kranten uit 1889 en 1894. In Augustine’s arbeidsovereenkomst staat uitdrukkelijk: ‘het gedurig schoonmaken en ordenen van de bibliotheek haars meesters’.

Sinds Sebastian Brant in 1494 in Het Narrenschip de ‘boekengek’ bespotte en hem afbeeldde met een plumeau, zien we in de prentkunst nooit meer een man die zich bezighoudt met bibliothecair fijnstof. Er is een gravure van dr. Samuel Johnson met stofdoek, maar zijn biograaf, James Boswell, schrijft toch echt dat Johnson het boek opent en dan zo hard mogelijk dichtslaat. Elke rechtgeaarde interieurverzorgster schudt dan haar hoofd. Ik zie daarentegen regelmatig prentjes – vooral ex librissen – waarop een dienstmaagd de boeken ‘haars meesters’ verzorgt in een kort rokje met wit voorschootje. Ze staat bij voorkeur op een bibliotheektrapje voor zijn beste uitzicht.

Ik wil bij dezen Augustine benoemen tot de patrones van alle onbekende biblio-mantelzorgers. Terwijl zij zich aan haar taak wijdde, werd zij namelijk ‘bezield met een dollen lust in lectuur’. Vooral oude boeken hadden haar voorkeur,  en ‘eindelijk ging zij haar geheele loon bijna besteden aan den aankoop van boeken.’

Augustine komt thuis met haar nieuwste aanwinsten, waaronder – meneer kan zijn ogen niet geloven – de eerste complete druk van de Essais van Montaigne (1595). Hoeveel kostte die? Vijftien stuivers. In zijn enthousiasme maakt hij een foutje door uit te roepen dat deze druk 20.000 franc waard is. Hij biedt Augustine 50 franc. Augustine schudt haar  hoofd. 20.000!

Die krijgt ze dus niet, maar wel, als ik het zo mag zeggen, krijgt ze een vaste aanstelling. Want haar werkgever dacht: ‘Het meisje verzorgt mij goed; zij schijnt denzelfden hartstocht te hebben als ik (...) En hij trouwde met zijn meid, die dit boekje als huwelijksgift medebracht.’

Ik vond deze anekdote terug in drie Franse kranten uit 1887. Eén ervan noemt een zegsman, de Franse toneelschrijver Adolphe-Simonis d’Empis. En die had het van horen zeggen van een vriend. Niets naders over Augustine. Als het niet waar is, is het toch goed gevonden. Wat zeker waar is: de eerste druk van de Essais werd in 2012 bij Christie’s afgehamerd op 12.500 pond.

 

Ed Schilders

Dit artikel verscheen oorspronkelijk in het tijdschrift Argus op 8 juni 2021.

 

Dit is het derde blog van 2022. 

 Klik hier  voor een overzicht van de blogs van 2021. 

Detail uit Bondeinteriør, door Mathilde Dietrichson (1837-1921)

‘Bibliotheksinterieur mit lesender Magd’, door Edouard John Menta (1858-1915).